Interview met de regiseur
(Margot van der Poel)

september 2014

Je hebt al heel wat musical op de planken gebracht. Allemaal gemeentemusicals?
Allemaal kerkelijke musicals, met volwassenen, maar ook met tieners.

Hoe kwam je er toe om musicals te gaan doen en de regie op je te nemen?
In Spijkenisse begonnen we met Saul. Dat was de eerste musical van de schrijvers Gerard en Gerard. Eerst deed ik de muzikale instudering met tieners, later ook met volwassenen. Bij de derde musical ben ik de regie gaan doen. Het is heel leuk om te doen.

Wat vind je de kracht van een gemeente-musical?
Twee dingen vind ik heel belangrijk: Je bent een gemeente, je wordt een groep die elkaar kent en dan leuke en minder leuke dingen met elkaar deelt en op elkaar betrokken is. In een stad is het heel belangrijk om elkaar te kennen. Het andere belangrijke vind ik dat je een verhaal te vertellen hebt. Het mooie van een musical is dat het aantrekkelijk is voor de mensen die het verhaal al kennen, die vaak naar de kerk gaan, maar ook voor mensen die niet zo kerkelijk zijn kan het een opening vormen om bezig te zijn met een inhoud die hen raakt. Deze musicals zijn verhalen die over het gewone leven gaan, het maakt niet uit of dat nou vroeger was of nu. Want nu ervaren de mensen deze dingen precies zo.

Hoe kwamen jullie tot de keus voor de musical Ruth?
Heel eenvoudig: de andere musicals had ik al een keer gedaan. En een musical opnieuw doen met een nieuwe groep mensen vind ik heel lastig. Dan zitten de oude herinneringen en beelden van toen in de weg. Ik wist wel dat Ruth een heel mooi verhaal is voor een musical. Maar zelf zoiets schrijven is nog niet zo eenvoudig. Het is echt een vak. Dus toen deze musical kwam was ik meteen heel enthousiast.

Wat spreekt jou in het verhaal het meest aan?
Wat me heel erg aanspreekt is dat er ieders leven crises zijn: overlijden, hongersnood, werkloosheid, iedereen komt het tegen, maar wat in het verhaal zo aanspreekt is dat bij Noömi de crisis alleen maar overwonnen kan worden doordat zij zélf actief haar toekomst kiest. Niet neer liggen zo van: de crisis overkomt mij, maar dat ze op een gegeven moment zo sterk is dat zij zegt: als de crisis niet vanzelf overgaat dan ga ik het zelf doen. Ik denk dat dat nu voor ons in de gewone wereld ook zo werkt. Je kunt als slachtoffer gaan liggen, maar daar gaat de crisis niet van voorbij. Je moet er wel de kracht voor vinden, maar je moet het wel zelf doen. Dat vind ik heel sterk in dit verhaal.

Wat hebben de schrijvers heel mooi naar voren laten komen in deze musical?
Het afscheid van Noömi en Ruth aan het begin, en ook de boosheid van Orpa. Orpa is altijd in heel veel historische bijbelverhalen afgeschilderd als de niet trouwe schoondochter, terwijl ik denk: het is zo dat Orpa gewoon heeft geluisterd naar wat Noömi zei. Ze zei twee keer: Lieve meiden, ga nu terug naar je moeder. Ruth blijft, maar Orpa is heel braaf geweest en heeft gehoorzaamd. Dat vind ik een heel sterk stukje. De onmacht die ze voelt: aan de ene kant ze werden daar natuurlijk met de nek aangekeken, omdat ze met een jongen uit Juda waren getrouwd. Dat kon zij delen met Ruth. Nu Ruth weggaat, kan ze dat niet meer delen met Ruth. Dat vind ik emotioneel een heel sterk stukje.

Hoe ontstaan bij jou de ideeën voor de verbeelding van de scènes? Ben jij iemand die elke scene vooraf in detail doordenkt of laat je het al groeiend ontstaan?
Ik lees de musical door en ik luister de liedjes. Dan heb ik daar direct een plan, een beeld bij. Ik maak ook direct een tekening. Die kan nog aangepast worden, maar ik heb wel meteen een basis uitwerking. En soms voeg ik later iets toe als een scene of een lied erom vraagt om het wat te verlevendigen.

Waar ligt voor jou het accent: op een perfecte uitvoering, op de boodschap van het verhaal: als die maar overkomt, of op de bijdrage aan het proces van gemeente-opbouw: dat de mensen een gemeenschap vormen?
De opbouw van de gemeente vind ik heel belangrijk. Maar misschien wel net zo belangrijk vind ik dat mensen het beste uit zichzelf halen. Eigenlijk soms zelfs net iets boven zichzelf uitstijgen. Dan hoeft het nog niet eens echt perfect te zijn, als ze maar het beste of zelfs nog iets meer dan het beste uit zichzelf hebben gehaald. Dan is enthousiasme en plezier ook een van de belangrijkste dingen, als je dat op een ontspannen manier kunt bereiken.

Als regisseur heb je misschien best wel wat zorgen, zo van: 'Als dit en dat maar goed komt, en dát zou ik graag nog beter hebben...' Lukt het jou om er ondertussen ook nog van te genieten?
Ik vind het heel leuk om dit te doen. Ik lig er niet van wakker. Wel denk ik: er moet nog heel veel gebeuren. Dat moeten de mensen ook zelf in de gaten hebben, zo van: we zijn er nog niet. Maar je merkt wel dat dit bij iedereen leeft, zeker nu we een dagelijks 'Ruth-flitsmailtje' krijgen. Maar de mensen moeten het zelf doen. Een beetje zorgen, een beetje stress, dat hoort er bij om tot een mooi resultaat te komen. Het is heel leuk om te zien hoe het proces vorm krijgt vanaf het eerste moment dat ik de tekst las en er een beeld bij kreeg tot wat er nu ontstaat en vorm krijgt. Dat vind ik heel leuk. We hebben nu een groep mensen met een aantal daarin die dit nog nooit eerder hebben gedaan, dan zie ik: ze doen het gewoon goed. Het gaat er om dat mensen dit met plezier doen en het beste uit zichzelf halen. Dat is mooi.

Wat is voor jou de boodschap van het boek Ruth? Wat heeft het ons nu te zeggen?
Dat je de crisis te boven kan komen door er actief in te gaan staan. Crises overkomen mensen, maar dat is niet het einde. Daarom hebben we bij het laatste lied in de verbeelding toch weer voor zwart-wit gekozen, want ik denk: het leven is geen sprookje, zo van: en ze leefden nog lang en gelukkig. Daarna, na een crisis gaat het leven gewoon weer door. Er zijn zwarte kanten, er zijn lichte kanten en dat wisselt zich af. Door het feit dat je trouw bent aan jezelf en aan God dan kan je een crisis aan. Trouw zijn aan jezelf is ook een van de belangrijkste dingen. De crisis kom je te boven.

Wil je nog iets kwijt? Een wens, een gedachte?
Ik hoop dat de groep ervan geniet en het als een enorm leuke ervaring ziet. Ik hoop dat we na de musical een beetje voor elkaar blijven zorgen en niet denken: Zo de musical is geweest en nu gaat ieder weer gewoon zijn eigen weg. Ik vind het belangrijk dat mensen betrokken zijn bij elkaar. En waar ik van geniet is om te zien dat spelers helemaal gelukkig zijn omdat ze voor het eerst op het toneel staan en daar iets doen wat ze nooit van zichzelf gedacht hadden. Dat vind ik echt geweldig. Zo'n musical, je doet het met elkaar en dat is geweldig. Het geeft heel veel energie!

Margot, dank je wel en heel veel succes!